Onder de kop OPINIE delen PRO-leden hun persoonlijke visie. Het is geen direct partijbeleid, maar weerspiegelt wat leden bezighoudt en draagt zo bij aan de vorming van het gezamenlijke beleid. Deze bijdrage is van de hand van Yvonne Velthuis, naast actief PRO-lid ook enthousiast eigenaar van een wilde planten kwekerij.
Woningbouw plannen aan de Pastoor Kikkenweg
Achter mijn Wilde Plantenkwekerij aan de Pastoor Kikkenweg in Cadier en Keer bevindt zich een wei met boomgaard. Gaandeweg is het langzaam maar zeker een bostuin geworden. Onder de dichte boomkruinen, in de meer diepere schaduw, plantte ik Limburgse bosplanten zoals de slanke sleutelbloem, lievevrouwebedstro, stinkend nieskruid (een wilde Helleborus) salomonszegel, daslook, amandelwolfsmelk en zwartblauwe rapunzel.
Ik plantte steeds meer bosrandplanten, liefst eetbare. Veel bessenstruiken zoals zwarte bes, kruisbes, honingbes, maar ook de kiwibes slingert zich langs palen omhoog. Door de appelboom klimt een kiwiplant. Er staan twee soorten appel: de Notaris en de Sterappel, beide oud Hollandse rassen. Daarnaast zijn er nog twee pruimenbomen, een moerbei, een amandelboom, een kersenboom en onlangs heb ik een mirabel erbij geplant. Al met al kan ik tijdens mijn dagelijkse wandelingetjes door mijn wei van alles rapen, verzamelen en overal van smikkelen.
Er zijn steeds meer ‘mee-genieters’ van mijn paradijsje, zoals tal van vogels. Vooral ’s nachts is het een drukte van belang: hazen, konijnen, vossen, dassen, wilde zwijnen, eekhoorn en steenmarter. Dit ontdekte ik door het ophangen van een wildcamera.
Even mijn aantekeningen boekje erop naslaan: In 2004 waren er vier jongen bij de steenuil in de kast in de kersenboom. In 2008 zag ik de wilde hamster, ook wel de korenwolf genoemd, onder een struik verscholen. In 2017 veel dassenactiviteit rondom de kersenboom. Later werd er een burcht gebouwd, vlak achter de meidoornhaag die op de grens van mijn wei met het perceel ernaast staat, een opkomend bos. In 2019 een paartje met twee jongen in de torenvalkenkast. In 2020 zag ik drie spelende jonge vosjes bij het vossenhol achter in de wei. In 2023 zag ik naast de dassenwissels die door mijn wei liepen, ook ‘speelplekken’ van jonge dassen in het hoog opgegroeide gras. Dit voorjaar werd ik, nadat ik een paar dagen weg was geweest, ineens verrast door een enorme ravage die was aangericht: op de camera zag ik een enorm groot volwassen zwijn met twee al redelijk grote jongen. Overal was het gras open gewoeld. Hier en daar waren ook diepe kuilen gegraven..
De vele dieren die in de nacht naar voedsel zoeken en appels, kersen, pruimen, hazelnoten en zaden bij mij eten, hebben een ruimer leefgebied dan alleen mijn tuin. De ecologische verbindingen lopen vanuit mijn bostuin langs de akkers, via het landweggetje (de Heerderlijkweg) naar het verderop liggende Savelsbos.
Het gebied rondom mijn ‘wildparadijsje’ zal in de toekomst echter niet ‘groen’ blijven, het zal worden ingenomen door de mens, door huizenbouw, bredere toegangswegen en toenemende verkeersdrukte. Wenselijk zou zijn in de woningbouwplannen een brede ecologische zone in te plannen zodat al deze dieren een plek houden en wij met de natuur kunnen blijven samenleven.
Met name de das dient beschermd te worden. Er dient een ecologisch onderzoek te worden gedaan naar de manier waarop de leefomgeving wordt aangetast. Uitgaande van bescherming van het leefgebied van de das, dient er rekening gehouden te worden met:
- Het aantal te bouwen woningen (eventueel minder dan de 152 die nu staan gepland)
- De wijze van bouwen (Natuur inclusief zou wenselijk zijn)
- Wijze van inrichting (ecologische zone door het te bouwen gebied)
- Verlies aan foerageergebied moet worden gecompenseerd
- Als gevolg van toenemend verkeer, moeten er beschermende maatregelen getroffen worden (Faunarasters, dassentunnel, verkeersremmers)
Hier zal ook de Provincie rekening mee moeten houden bij het verlenen van een noodzakelijke ontheffing. Op deze manier kunnen we de “Stem van de natuur” al laten horen en laten meespreken!
Yvonne Velthuis
21 oktober 2025

